Het staat in mijn geheugen gegrift als de dag van gisteren. Het eerste middelbaar in de Dames van het Christelijk Onderwijs te Antwerpen. Aan die school heb ik veel mooie herinneringen. Alleen het eerste middelbaar was hel en dat vergeet ik nooit. Ik vraag me af of de leerlingen die mij toen pestten het ook nog zo goed weten? Ik ben gewoon curieus en zeker niet rancuneus. Eigenlijk zou ik graag met haar praten, want ja, ik weet wel wie de aansteker was van de groep, de zogenaamde pester. Als zij het nog weet en dit leest, mag ze me bellen en wil ik samen koffie drinken en babbelen en uiteindelijk grapjes maken over wat er toen gebeurde.
Begrijp me niet verkeerd, ik minimaliseer niet wat er toen gebeurde. Het is niet omdat ik vandaag met haar koffie wil drinken, dat ik de pijn niet meer kan voelen. Oh ja, de pijn voel ik terug bij elk verhaal van pesten dat ik hoor of zie. Het maakt me boos en verdrietig. Ik zou willen roepen ‘Doe iets godverdomme’. Tegen wie? Tegen opvoeders, school, ouders, de pester en ja, zelfs tegen degene die gepest wordt. Elke persoon in dit verhaal legt zijn of haar puzzelstukje en heeft een beetje verantwoordelijkheid om de situatie terug in de goede richting te duwen.
Oh ja, de pijn voel ik als de dag van gisteren. Ik zie mezelf nog zitten met mijn schrift op mijn boekentas om te schrijven, zodat de juf zou zien wat er was. Mijn bank was vol met sinaasappelsap gesmeerd en plakte overal. De juf gaf me de tijd om een vod te halen en mijn lessenaar proper te maken. Had die juf erover nagedacht dat dit geweldig in de kaarten van de pesters spelen was en ontzettend vernederend voor mij? Als ik toen had geweten en gedurfd wat ik nu weet en durf, dan had ik het vertikt en gezegd : nee, ik doe dit niet ! Door het wel te doen, liet ik iedereen over mijn grenzen lopen. Dus ja, nu zou ik zelfs tegen mezelf kunnen roepen : godverdomme, An, hoe is het mogelijk dat je dit toeliet? Natuurlijk weet ik wel waarom ik er niet tegenop kon toen. Zelfbeeld, zelfacceptatie, zelfvertrouwen.
Toen mijn kinderen lagere school liepen, zag ik gelijkaardige situaties. Soms waren ze betrokken partij en soms niet. Ik zag hoe de school jaarlijks de Move tegen pesten mee deed, maar een duidelijk anti-pest-beleid heb ik daar toch wel gemist. En dan denk je : “Fijn, zo’n move tegen pesten, maar daarmee alleen gaan we er echt niet komen!” Met oppervlakkigheid los je dit niet op. Dit gaat over dieperliggende issues bij individuen en daar zit het probleem vaak. Het lijkt wel te tijdrovend om terdege aan te pakken. Of is het soms te spiegelend voor zij die de pester en de gepeste zouden kunnen helpen. Voor ouders is het zelfs vaak zeer moeilijk om dit objectief mee aan te pakken. En de opvoeders in de school hebben duidelijk vaak te veel andere prioriteiten om zoveel tijd in 2 individuen te steken. Nochtans denk ik dat de enige resultaatgerichte oplossing een open gesprek is met pester en gepeste. Met aandacht kijken naar wat de behoefte is bij deze 2 mensen. Wat hebben ze nodig van mekaar? Of wat hebben ze te leren van mekaar?
Pas na mijn dertigste besefte ik, tijdens een EFT-sessie, wat mijn pester misschien wel jaloers maakte op mij. En daarom zou ik nog eens graag met haar praten en zelfs te weten komen of zij ook op haar poten terecht kwam, zijn haar issues opgelost, is zij even tevreden met zichzelf als ik nu?
Mijn deel in het verhaal heb ik intussen wel in kaart. Door mijn persoonlijk proces, mijn interesse in psychologie en mijn job als imagocoach weet ik nu wel mijn zelfbeeld op pijl te houden, bij mijn eigenwaarde te blijven en van niemand nog toe te laten afbreuk te doen aan mezelf als persoon. Kleuren hebben me geleerd te zien wie ik ben, over welke kwaliteiten ik beschik en waar mijn uitdagingen zitten. En daardoor durf ik nu ook kleur te bekennen.
Ik vraag me af wat het voor mij als opgroeiend kind betekend had als er toen op een andere manier met mij was gesproken? En met mijn pester? Als we samen gestimuleerd hadden geworden in het zien van mekaars kwaliteiten?
Op zich ben ik intussen dankbaar voor alles wat ik heb ervaren, zelfs voor de pijn, want het heeft me allemaal gebracht waar ik nu ben en ja, het heeft me allemaal zoveel sterker gemaakt. En toch zou het fijner zijn als er vaak betere begeleiding is op het juiste tijdstip, zodat meer kinderen en later volwassenen gewoon kunnen zijn wie ze zijn van kinds af en op een positieve manier hun kwaliteiten in kaart kunnen brengen zonder eerst jaren te vallen en weer op te staan. Ik ben er ook van overtuigd dat niet enkel mijn zelfbeeld wat fout zat, maar dat mijn pester misschien wel met een gelijkaardig probleem zat als ikzelf. Mensen hebben immers allemaal dezelfde emotionele primaire behoeften en die beginnen allemaal met een A : aandacht, affectie, appreciatie en acceptatie.
Kon ik met mijn pester nu, na al die tijd, het imagospel maar eens spelen? Wat zouden we mekaar nu vertellen, wanneer we met volle aandacht naar mekaar kijken en vragen beantwoorden over onze uitstraling? Het zou zo fijn zijn om van mekaar te kunnen zien hoe bijzonder we allebei zijn. Dat is wat dit Imagospel doet, aandacht geven aan mekaar, appreciatie tonen aan mekaar en acceptatie laten voelen en laten zien hoe bijzonder je medespeler(s) zijn. De affectie is dan vaak een vanzelfsprekend gevolg.
Laat zien hoe bijzonder je bent!